Vocalies: Het was mijn week niet 1 juli 2019

(Door Marlies)

Het was niet mijn week, de afgelopen week; ik ben blij dat-ie voorbij is. Wat begon met een onschuldig
hoestje groeide snel uit tot zo ongeveer de zwaarste griep (zo noem ik het maar even) die ik mij
herinneren kan ooit gehad te hebben. Kennudat? Dat zelfs de wortels van je tanden en je haarwortels
pijn doen, dat je voelt dat je topvol met slijm zit, maar dat zelfs dénken aan hoesten aan zeer doet en
dat je toch moet hoesten. Dat je droomt van gekleurde wagenwielen á la de wielen van de strijdwagen
van de dondergod tegen een bliksemde hemel. En dat alles tegen temeraturen van 30 graden en hoger?
Affijn, het is voorbij, ik slaap weer – en naast echtgenoot in plaats van op een niet hoestbestendig
stretchertje in de kleedkamer. Als het hiermee klaar is voor de komende 5 jaar ben ik alweer tevreden,
pijn is snel vergeten en ik heb een terugverende natuur, gelukkig…

Een van de middagen, toen het even iets beter ging deed ik, wat ik bij malaise altijd doe: ik zet de
computer aan en zap langs lievelingsfilmpjes op YouTube. Roland Goedemondt en Bert Visscher hebben
mij al vaak door dalletjes heen gesleept en als er tranen vastzitten (bij mij overigens zelden het geval,
u weet dat ik nogal een dweil ben) is er altijd Beethoven zeven, deel twee, of aanverwante artikelen.
Overigens is huilen als je al helemaal vol met slijm zit geen goed idee: het verlicht misschien de ziel,
maar verzwaart de slijm-ellende in hoofd en longen.

Kom ik toch potverdrie bij de uitvaart van Dima Hvorostovsky uit, ik was nét niet snel genoeg weg…
bizar om iemand op zijn eigen uitvaart te horen zingen en wat was het verdriet groot…

Dat triggerde me trouwens tot de volgende gedachte: hoe zou het zijn met het Singer of the world-concours
dat jaarlijks in Cardiff gehouden wordt? Hvorostovsky won daar 30 jaar geleden, net vóór een van mijn
andere all-time favourites: Bryn Terfel. Ik zoek het op YouTube. Heb ik potverdrie (nou ja
ik bedacht minder nette woorden, maar voor hier volstaat ‘potverdrie’) DIT JAAR GEMIST!!! En
het was nog wel het concours waar Hvorostovsky ge-eerd werd. Ik surfde wat verder en kwam uit bij Richard
Bonynge, partner van good old Dame Joan Sutherland, die het publiek en mij tot tranen toe roerde met zijn
eerbetoon aan Hvorostovsky.

De publieksprijs ging naar mezzo-sopraan Katy Bray, Singer of the world 2019 werd de Oekraïense bariton
Andrei Kymach. Ik zoek, maar vind geen aanvaardbare opname. Die komen er vast nog wel, de komende
jaren. En ook van mezzo Katy Bray vind ik niet iets wat hier past. Maar u gaat van hen horen, ik ben ervan
overtuigd: het Singer of the World-concours is van grote klasse en de mensen die het daar tot finales
schoppen zullen werk vinden. Er wordt weliswaar veel ‘afgebeund’ in de klassieke opleidingen, maar er
worden nog steeds geweldige zangers en instrumentalisten afgeleverd, zonder of met officieel papiertje…

Dan toch maar naar een filmpje van dierbare Dima: de aria ‘Eri tu che macchiavi’ uit Don Carlo. Ik ga er
niks over zggen, woorden schieten te kort…

 

https://youtu.be/7m5D1HNhGYE

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Commissaris 30 juni 2019

(Door Ab Klaassens)

Van Hans Alders, beroepsvergaderaar, zei men ooit dat hij tot commissaris van de koningin in
Groningen was benoemd omdat hij zo trouw de tassen van Wim Kok had gedragen. En zich
– goed betaald – liet benoemen tot voorzitter van talloze commissies die oplossingen moesten
bedenken voor problemen die door de leden van die commissies waren veroorzaakt.

Toen ik bij de Zwolsche Courant werkte (1960-67) was ik een keer deelnemer aan een discussie-weekend
in een congrescentrum op het platteland waar het functioneren van het provinciebestuur werd
besproken. Na het avond-eten zat ik naast de commissaris van de koningin bij de open haard. Hij liet
steeds maar weer een glas wodka aanrukken dat hij vervolgens ledigde in het haardvuur, ‘want dat gaf
zulke leuke vlammetjes’.

Nadat Dries van Agt als minister-president terzijde was geschoven kreeg hij als troostprijs  de
hoogste functie in de provincie Noord-Brabant. Als snel klaagde hij dat hij als commissaris van
de koningin bar weinig te doen en te vertellen had. Hij noemde zichzelf beklagenswaardig en vertrok
zodra hij  de kans kreeg naar een andere goed betaalde nutteloze functie als ambassadeur van
iets onduidelijks in Japan.

De commissaris van de koning is de baas van een lege doos.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vertrouw op die Brabantse vrouwen 23 juni 2019

Langzaam maar zeker dringt het tot Nederland door dat wij een enorm probleem hebben. De Raad van State
heeft de stikstofwetgeving (PAS) van de overheid in de prullenbak gegooid. Die regeling beschermt onze
natuur te weinig, vindt het allerhoogste rechtscollege van ons land. 3-0 voor de natuur.

Het gevolg is dat ons land op slot zit. Boerenbedrijven en andere bedrijven die in de buurt van natuurgebieden
liggen kunnen niet meer uitbreiden. In ons land is de afstand tot een natuurgebied nooit ver. Er kunnen geen
huizen meer gebouwd worden. Er kunnen geen wegen meer aangelegd worden.

Ik hoorde vorige week in de wandelgangen van het provinciehuis dat ambtenaren die belast zijn met het
verlenen van vergunningen momenteel zitten te duimendraaien. Het wachten is op een list vanuit Den Haag.

De vorige list bestond eruit dat iedereen die iets wilde dat tot meer stikstofuitstoot leidde vergunning
kreeg en die uitstoot pas later hoefde te compenseren. Daar trapte de Raad van State dus niet in. Boter
bij de vis zeiden de hooggeleerde dames en heren van de raad.

Eén van de mensen die altijd heeft gewaarschuwd dat het wel eens mis zou kunnen gaan met die
zogenoemde PAS-regeling was Johan van den Hout. Hij nam vorige week afscheid als gedeputeerde van
Noord-Brabant. Toen schreef ik hier dat hij in zijn laatste speech zei dat zijn opvolgers de borst konden
natmaken. Dat had daar mee te maken.

Wat nu, wat nu, wat nu? Er zijn wel oplossingen voorhanden, maar die zijn afhankelijk van waar politieke
partijen voor kiezen. Dan weet je wel hoe laat het is. Eén ding vind ik dan wel geruststellend. Toen ik deze
week in NRC een verhaal las over de kwestie stond daar een foto bij van de ministers die het moeten oplossen.
Ik zag drie vrouwen, van wie twee uit Brabant.

Ik heb mijn leven lang altijd al meer opgehad met vrouwen dan met mannen. Dat komt vermoedelijk omdat
ik vooral ben opgevoed door mijn moeder, die altijd overal een oplossing voor had en die ons als een kloek
beschermde. De keerzijde van de medaille was dat zij van ons eiste dat wij onder het maaiveld bleven. We
mochten geen dingen doen waar andere mensen last van zouden kunnen hebben. Dat heeft mij gevormd,
in ieder geval heeft het mij ervan overtuigd dat je je als jongetje gedeisd moet houden en moet vertrouwen
op moeder de vrouw.

Ik zou tegen al die haantjes in de Tweede Kamer, die nu roepen wat ze niet willen, willen zeggen: laten we
collectief dat jongetje worden en vertrouwen op Cora, Carola en Kajsa.

  1. Arnoud Hugo (reply)

    30 juli 2019 at 23:15

    Van Cora zou ik niet teveel verwachten. Want Schiphol, Lelystad en VVD. Ik heb daar mijn ongenoegen inmiddels over geventileerd.
    https://arnoudhugo.nl/freule-cora-van-nieuwenhuizen-tot-schiphol/

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Zorg 22 juni 2019

(Door Ab Klaassens)

Omdat ik problemen had met de ademhaling stuurde de huisarts me naar de longarts. Die tapte in tien
dagen zes liter vocht achter mijn longen weg en beloofde mij nader onderzoek. Er zou wel iets kwaadaardigs
in mijn longvlies kunnen zitten, maar dat kon alleen bij een operatie onder volledige narcose worden vastgesteld.

Een dag nadat ik uit het ziekenhuis was ontslagen werd ik getroffen door een herseninfarct. De neurochirurg
die de bloedprop uit mijn hersenen peuterde ontraadde de longartsen de voorgenomen operatie. Zij gingen
te rade bij de cardiologen omdat de neurologen onregelmatigheden in mijn hartslag  hadden geconstateerd.

Intussen moest ik op consult bij de urologen omdat er na het herseninfarct storingen in de waterhuishouding
waren ontstaan, maar ik kreeg mij op eigen kracht weer zindelijk. Helaas bleef de vochtophoping achter
mijn longen  voortduren waardoor de longartsen mij een paar keer via een punctie in mijn rug een paar
litertjes vocht lichter moesten maken.

De longartsen gingen daarom nog maar eens te rade bij de cardiologen die mij een nieuwe, krachtige pil
voor de vochtafvoer voorschreven. Dat hielp een beetje, waarna de dosis met vijftig procent werd verhoogd.
Omdat de nieren al die chemische troep moeten verwerken wordt ook je bloed geregeld gecontroleerd.
Na zo’n controle werd ik binnen enkele uren teruggeroepen naar het ziekenhuis wegens ‘levensbedreigende’
bloedarmoede.

Na een infuus met ongeveer twee liter bloed van onbekende donoren en een dosis ijzer mocht ik naar
huis met de afspraak dat ik binnen enkele dagen zou terugkomen voor een maag-,darm- en
slokdarmonderzoek naar bloedverlies. Het onderzoek heeft de maag-, darm- en  slokdarmonderzoeker
niet aan het schrikken gemaakt.

In de Tweede Kamer hoor je de politici vaak hun zorg uitspreken over de stijgende kosten voor de
gezondheidszorg. Ik weet waarom.

  1. Laurent (reply)

    18 juli 2019 at 22:25

    Nou zeg, wat een toestanden allemaal. Ik hoop dat het snel opgelost wordt.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Opeens vielen ze me op 21 juni 2019

Opeens vielen ze me op. En als ze me opvallen dan betekent het dat het iets bijzonders is. Tijdens een
wandeling over de Stratumsche Heide zag ik in een weiland koeien met hoorns. Dat viel mij dus op.
Koeien die hoorns hebben.

Is dat gek, koeien met hoorns. Nee, want koeien zijn geschapen met hoorns. Schapen ook, maar dat
terzijde. Maar waarom valt mij dat nu dan op. Omdat de hoorns van koeien al heel lang worden afgezaagd.
Hoorns kunnen namelijk andere koeien verwonden en dat wil niemand. Zeker die andere koeien niet.

Hoe komt het dan dat in mijn jeugd alle koeien hoorns hadden? Ik kan me niet anders herinneren dat vijftig
jaar geleden de koeien die in het weiland achter onze woonwijk stonden hoorns hadden. Als wij door
dat weiland naar de dijk liepen en via de uiterwaarden naar de Waal, dan waren wij extra alert als in die
wei koeien stond. Die hadden per definitie hoorns en als ze je daarmee aanvielen dan was je nog niet klaar.

Wij waren jochies en wisten toen nog niet dat koeien helemaal niet in ons geïnteresseerd waren. Misschien
wisten we dat wel en deden net alsof een wandeling door een wei met koeien een avontuur was waarvan
mocht je hopen dat je er zonder kleerscheuren af kwam. We lieten ons in ieder geval nooit weerhouden
over het hek te klimmen en in een drafje de wei met koeien met hoorns over te steken.

Alleen er als een stier in de wei stond met nog grotere hoorns dan namen we een echte spurt. Als de stier
de moeite nam om tijdens die helletocht één hoef te verzetten dan hadden wij thuis echt een verhaal.

Op een dag waren de hoorns verdwenen. Geen idee waarom. Ik kan me niet herinneren dat de boer van
wie “onze” koeien waren ooit gemopperd heeft dat de dames elkaar gaten het lijf prikten. Uiteindelijk
verdwenen ook de koeien zelf achter een deur.

Nu zie je ze af en toe weer buiten en roepen mensen vertederd: kijk  koetjes in de wei. Gisteren viel mij
dus op dat de koeien achter ons huis weer hoorns hebben. Net als vroeger.

  1. Eef (reply)

    21 juni 2019 at 11:28

    Achter jullie huis?

  2. Irene (reply)

    21 juni 2019 at 12:49

    Ha, ik liep eens in Noorwegen te wandelen met een vriendin langs een wei vol koeien met horens. Dat zijn allemaal stieren, zei zij. En dat voor een plattelandsmens, zelfs ik flatbewoner wist beter.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies: Internationaal Vocalisten Concours 2019 van start! 20 juni 2019

(Door Marlies)

Volgende week zondag, 30 juni is het zover, dan barst in Den Bosch het IVC weer los, het Internationaal
Vocalisten Concours.

Zanger-pianistduo’s staan voor het eerst voor een IVC jury. Het doel: een plekje in de Halve Finale van het
53ste IVC LiedDuo in november.

Ze timmeren aan de weg, de mensen van het IVC, langzaam verspreid het concours zich over Europa, een
niet meer uit te wissen olievlek-van-het-goeie-soort. Tot in verre buitenlanden raakt het IVC bekend en
steeds meer disciplines worden toegevoegd aan het spectrum: een lied zingen vergt een hele andere
benadering dan een opera-aria zingen. Het een gaat met het fijnpenseel en het ander met de witkwast,
maar beiden moeten nauwkeurig zijn en ja, nauwkeurig zijn kan met een witkwast ook.

Positief vind ik ook dat de rol van de pianist nu eens gelijkgeschakeld wordt met de zanger. Het maakt
zoveel uit of je elkaar begrijpt en een pianist kan je maken en breken. Ik heb het altijd erg getroffen met
mijn pianisten uit het verleden. Soms vingen ze onvoorwaardelijk je gebroddel en maakten er iets
aanvaardbaars van, soms (en vooral in repetities waren ze streng: ik hoor over de grenzen van de dood
nog briljant pianist Hans van den Eijnden roepen: “Stáát er niet!!!”. Maar als het nodig was versnelde hij
aan het einde van een aria of lied buitengewoon subtiel en leek het daardoor alsof ik nog adem zat over
had, voor nog een geweldige (hoge) noot.

In de jury van dit IVC zitten volgens mij net zo veel pianisten als zangers en niet de minsten ook:
‘onze eigen’ Hans Eijsackers, maar ook een fenomeen als Graham Johnson, geweldig!

Je moet als jonge zanger tegenwoordig zoveel kunnen wil je een kleine kans maken tot een soort van
carrière te komen. De druk is zo hoog. Ik ben zo blij dat ik dat allemaal niet meer hoef en dat ik vanaf
een soort zijlijn kan meekijken hoe jong talent het doet. Ik kan u uit de grond van mijn hart zeggen
dat ik niet jaloers ben (nooit geweest trouwens ook, al is dat misschien moeilijk te geloven; het zit niet
in mijn dna) als het voor jonge gasten wél allemaal goed afloopt en als ze een vervullende carrière
maken in dit moeilijke, maar wonderschone  zangersvak.

Hoe dan ook: hou ze in de gaten, het IVC en de IVC-ers; zondag 30 juni begint het spektakel in de
Pleinzaal van het Theater aan de Parade in Den Bosch (akoestisch trouwens een lastige zaal…).
Er zijn vast nog kaarten! Gaan! En na afloop een pint pakken in de schaduw van de Sint Jan.

En als u niet wil gaan en thuis wil genieten: er valt genoeg te surfen op YouTube!

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pensioenakkoord: de luid roependen versus de stille stemmers 17 juni 2019

Er ligt een nieuw pensioenakkoord. Dat betekent dat het moment waarop ik mijn eigen agenda mag
bepalen iets dichterbij komt. Het belangrijkste nadeel is dat ik door die verschuiving net niet vijftig
jaar werken vol maak. Daar gaat mijn horloge met inscriptie.

Allerwegen lees ik dat behalve de gebruikelijke voor- en nadelen voor verschillende leeftijdsgroepen,
een belangrijk voordeel is dat wij in Nederland nog kunnen polderen.

Daar zou ik nog iets aan willen toevoegen. De FNV’ers die tegen waren lieten zich op social media
en in zaaltjes het felst horen. Daardoor kregen ze ook de meeste aandacht. Dat is logisch, de mensen
die hun stem het meest en luidst verheffen worden het best gehoord.

Als journalist ben ik er geen voorstander van om de mensen die het hardst schreeuwen per definitie
gelijk te geven. Zij vertegenwoordigen namelijk niet altijd de meerderheid. Termen als “twitter ontploft”
en “Facebook loopt over” zeggen me niks.

Waardevol is dat met betrekking tot het pensioenakkoord blijkt dat de mensen die zich vooraf niet
hebben laten horen invloed hebben. Vakbondsleden kregen een mail zodat ze voor of tegen konden
stemmen. Althans de vakbond waar ik lid van ben deed het via de mail.

Wat ik dan wel jammer vind is dat maar 37 procent van de mensen gestemd heeft. Nou kon iedereen
meedenken en nou doet maar net iets meer dan een derde van de mensen mee. Misschien komt het
omdat het stemmen moeizaam ging. Het duurde “uren” voor je bij het knopje was waarmee je
daadwerkelijk je mening door de lucht naar het vakbondsbureau kon zenden. Dat zou kunnen betekenen
dat de belangstelling mee te denken groter was dan die 37 procent.

Ach, weet je, laten we maar geloven dat de stem van de meerderheid nog luider was dan de uitslag
van de stemming doet denken.

Als ik de vakbond was zou ik wel gaan nadenken over de besliscultuur, want de spanning was de afgelopen
dagen om te snijden. Dat is heel stressvol voor oudere werknemers zoals ik die al jaren steeds opnieuw
moeten wennen aan een veranderende datum waarop ze hun eigen agenda kunnen voeren.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies: Bariton Jérôme Boutiller, onthou die naam! 16 juni 2019

(Door Marlies)

Wat een dag, vrijdag, ik kan me niet herinneren de afgelopen tien jaar een dag beleefd te hebben die zo kalm,
sereen en rustig verliep. Echtgenoot was al weg toen ik opstond en zou wegblijven tot en met de avond,
het drizzelde buiten, dus ik hoefde niet te gaan lopen, de wasmachine vullen en een paar hemden strijken
was het enige huishoudelijke wat mij te doen stond, Sammie de kat strekte zich lui uit op mijn bankje en ik zat
al vóór het middaguur met een haakwerkje (verslavend!) bij hem. De eerstvolgende Musico-reis is pas eind
oktober, dus daar hoefde ik ook (nog) niet over na te denken en ik zapte lui langs tv-kanalen, waar ik anders
nooit tijd voor had.

Bij het klassieke muziekkanaal Mezzo stond een sopraan te zingen, ik was er al voorbij voor ik er erg in had.
Toch getriggerd zapte ik terug: ik kon net zo goed terwijl ik handwerkte een  beetje opera-ervaring opdoen en
Competition. Een regisseur moet zich ermee hebben bemoeid, want de overgangen tussen de verschillende
aria’s waren mooi organisch en met minimale middelen zat je zo van de ene in de andere opera.  Er zaten
mooie stemmen bij, het ging echt om gevorderde kandidaten, die vast al werkten hier en daar. Een enkele
misser ook: sommige tenoren hebben het nét niet en een hoge c die aan de bovenkant niks óver heeft,
wordt erg pijnlijk.

Ik ging pas echt rechtop zitten toen een mannenduet klonk, ik heb niet onthouden welk duet het was,
maar in het applaus liep een van de mannen niet af, maar draaide zijn rug schuin naar het publiek en zijn
gezicht naar zijn kompaan die ineens naar zijn buik greep en vervolgens verbijsterd naar zijn hand staarde.
Daar was niks te zien natuurlijk, maar deze transformatie van zijn vorige rol naar de rol van een stervende
Rodrigo uit Don Carlos was fenomenaal. Wat een acteur!

Mijn haakwerkje bleef even liggen, de volle 7 minuut 58 waren voor Rodrigo uit Verdi’s Don Carlos.
Jérôme Boutiller heet de man, ik heb er de aftiteling van het concert voor afgewacht. Onthoud die naam:
Jérôme Boutiller.

Aan de keukentafel vertelde ik de andere dag van deze ervaring en ik besloot eens te zoeken naar deze
man. Wat denkt u? Meteen gevonden! En de opname ook, dus die laad ik voor u op.

Zullen we even door de aria heenlopen? Laten we beginnen met het eren van Verdi voor zijn prachtige
melodie in het voorspel. En hulde voor het perfect begeleidende orkest.

Perfect en woord-voor-woord-verstaanbaar Frans (de opera kent ook een Franse versie en waarom zou je,
als geboren Fransman, de rol dan niet zingen in de taal die het dichtste bij je ligt…). Hulde trouwens
ook voor de collega, die het grootste gedeelte van de aria zijn spanning moest vasthouden en het perfecte
tegenspel geeft. En dankzij prachtig camerawerk en uitstekende regie kunnen wij closer genieten dan
het publiek in de zaal.

En dan die prachtige lange lijn van de melodie. De tranen sprongen me in de ogen: ineens hoorde ik weer
Dima Hvorostovksy dezelfde aria zingen, ook met die geweldige adembeheersing…deze vertolking is er het
beste bewijs van dat acteren binnen opera niet raar houterig, of stokkerig hoeft te zijn, als je de onderliggende
lange lijnen en de spanning maar op de juiste manier vasthoudt. Geen enkele moeite met de hoogte (Verdi
kon gemeen hoog schrijven voor baritons…) ; hij weet precies waar de noot geplaatst moet worden.  En dat
overgangetje, met dat flesje… hij trekt zich niks aan van het applaus; het publiek denkt dat het hiermee gedaan
is, maar het begint pas…

Het helpt natuurlijk als je mooi lang bent en een licht-aristocratische verschijning bent… dat heeft-ie gekregen.

En dan reikt hij naar Carlos… die er niet meer is… eigenlijk is hij al dood… Maar een dode kan die lange, lange
lijnen niet zomaar zingen…  Hij ademt niet tussendoor, niet dat dat moet… zijn rustige overgave aan zijn
adem is het beste teken dat hij precies weet wat hij doet… (ik hoor mijn hoofdvakdocent zeggen “richt je óp!
Richt je op! Er komt lucht binnen terwijl je zingt”(niet waar, maar de suggestie helpt enorm) .

Of zijn knie zeer doet na die val op het podium? Ik denk het wel, maar met zoveel adrenaline vraag je je pas
de volgende ochtend onder de douche af waar die blauwe plek vandaan komt….) .

Moedig, om midden in het woord ‘Adieu’ voorover te vallen.

En dat prachtige shot van het slotspel van het orkest, geïnspireerd door een werkelijk prachtige vertolking
van deze geweldige aria!

Onthou die naam dus. Ik zocht ‘m op en er is niet veel beschikbaar: Boutiller studeerde eerst piano en is pas
daarna gaan zingen. Hou oud hij is vond ik nergens, is ook niet interessant; laten we hem gewoon in de
gaten houden!

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

De vette grinnik van Johan van den Hout 14 juni 2019

Van alle provinciale Brabantse politici heeft Johan van den Hout mij altijd het meest geïntrigeerd.  Hij was
tot vrijdag gedeputeerde namens de SP. Hij moest weg omdat zijn partij bij de coalitie-onderhandelingen
buiten de boot viel. Dat deed hem pijn, hij had nog wel een tijdje door willen gaan.

Het intrigerende aan de man is dat hij soms zo bot en cynisch was dat ik wel eens het gevoel had dat hij dacht
dat in het Brabantse parlement een Tarantinofilm werd opgenomen, waarin hij de de verteller was. Zijn
gevleugelde uitdrukking aan het adres van de leden van Provinciale Staten was: daar gaat u niet over.

De opmerking viel vrijdag meerdere keren in lovende toespraken aan het adres van Van Hout. Hij werd
gewaardeerd, zoveel werd tijdens zijn afscheid wel duidelijk. Toespraken die hij op een wat slungelige manier
in ontvangst nam. Van den Hout is een man van daden niet van woorden.

Iedereen keek uit naar zijn toespraak. Hij hield zich in. Hij beschouwde vooral het nieuwe bestuursakkoord.
Daar zou hij zo zijn handtekening onder gezet hebben, zei hij. Waarmee hij op een beschaafde manier duidelijk
maakte dat hij en zijn partij niet buitenspel gezet hadden hoeven worden. “Een belangrijke graadmeter om te
weten of je het goed hebt gedaan is als de mensen die na jou komen jouw beleid voortzetten. Als ik naar het
bestuursakkoord kijk, dan denk ik dat ik het goed heb gedaan”, aldus Van den Hout.

Van den Hout was één van de voortrekkers als het gaat om de strenge milieuregels voor de boeren. Dat heeft
zijn populariteit bij de boeren niet vergroot. Toen de boeren met ronkende tractoren voor de deuren van
het provinciehuis daartegen protesteerden, werd in de richting van Van Hout op de man gespeeld.

Het nieuwe bestuursakkoord biedt iets meer soelaas voor sommige boeren, maar de boeren vinden het zelf
een doekje voor het bloeden. “U kunt uw borst natmaken”, waarschuwde hij zijn opvolgers.  Van den Hout:
“U denk dat wij het de afgelopen vier jaar moeilijk hadden nouhhhh . . . .”  Hij vulde de stilte na die opmerking
de meest vette grinnik die ooit in de statenzaal heeft geklonken. Die kwam uit het diepste binnenste
van Van Hout. De nagalm daarvan verdween pas nadat het applaus voor hem over ging in een staande ovatie.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vocalies: Hofmann’s Erzählungen met een regisseur uit Nederland! 13 juni 2019

(Door Marlies)

 

Van de week dook de naam van opera-regisseur Floris Visser ineens op toen ik iets heel anders aan het
zoeken was op internet. Dat is een van de zegeningen van surfen en zoeken: je komt soms ineens ergens
uit waar je helemaal niet op uit was en je kunt zeer aangenaam verdwalen op internet. Je moet wel tijd
hebben: voor je het weet ben je anderhalf uur verder en zijn de aardappels die op het gas stonden te koken
verpieterd (geheel fictieve situatie in mijn geval want ik hoef bijna nooit te koken en aardappels staan
niet vaak op ons menu…)

Goed Floris Visser, dus en – in dit geval – het Badisches Staatstheater in Karlsruhe en hun productie
‘Hofmann’s Erzählungen’, komische opera van Jacques Offenbach (en voor de meeste rollen loei-moeilijk
om te zingen trouwens….) .

Ze jubelen Floris Visser zowat de hemel in daar in Karlsruhe, wat jammer nou dat het zo’n eind weg is.
Het moet voor zangers heerlijk zijn: werken met een regisseur die zelf ook zanger is; die snappen zoveel
beter wat wel en niet werkt.

Floris Visser (geboren in 1983) studeerde aan de Toneelacademie Maastricht, waar hij werd opgeleid
als acteur en regisseur. Vervolgens studeerde hij zang aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag en
werd tijdens zijn studie daar benoemd tot docent drama en dramaturgie. In dezelfde periode werkte hij
ook als regie-assistent bij ‘onze’ National Opera Academy en De Nationale Opera, waar hij de Duitse
operaregisseur Willy Decker assisteerde.

Dan volgen er een heleboel producties en projecten die hij geregisseerd heeft.

In 2012 werd hij benoemd tot Cultural Professor aan de Technische Universiteit Delft (nog niet eens,
of net 30 godbetert!).

En sinds die tijd is er een zegetocht, die dus nu even halt houdt in Karlsruhe.

Mocht u toch (je weet maar nooit) in de buurt zijn: tot 13 juli 2019 is de productie te zien

Ik laad de korte trailer op van de opera in Karlsruhe. Ziet er geweldig uit!

 

 

 

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *